Nu meer keuze voor je pensioen!
Dit is de reden waarom zelfstandigen nu meer kunnen sparen via de tweede pijler van hun pensioen.
De met luid trompetgeschal aangekondigde verlaging van de vennootschapsbelasting werd in december goedgekeurd. En zoals wij hier al eerder hebben gemeld, lag het zwaartepunt van het politieke zomerakkoord bij de geleidelijke verlaging van de vennootschapsbelasting van 33,9% naar 25% en vooral naar 20% voor de eerste belastbare schijf van 100.000 euro van KMO’s. Maar … de regering legt ook een aantal voorwaarden op die zwaar op de maag liggen bij de zelfstandigen, terwijl ze sommige fiscale niches minder aantrekkelijk maakt (of zelfs afschaft). Vlak na de aankondigingen van vorige zomer meenden de experts dat KMO’s veel te winnen hadden bij de fiscale hervorming, maar klopt dit wel? Wij nemen één en ander onder de loep!
2018 en 2020 zijn de scharnierjaren voor de fiscale hervorming. Voor je KMO breken al op 1 januari 2018 fiscaal betere tijden aan. Je geniet vanaf dan immers een lager belastingtarief van 20% op de eerste belastbare schijf van 100.000 euro (eigenlijk 20,4% als je rekening houdt met de crisisbijdrage). Op papier levert dit onmiskenbaar een mooie winst op, want tot nu toe gold een progressieve aanslagvoet (bij een omzet van maximaal 322.500 euro), met name 24,98% (op de eerste 25.000 euro winst) en 31,93% (op je winst tot 90.000 euro). In 2020 zetten KMO’s de tweede stap in de hervorming, maar dan verdwijnt voor deze bedrijven alleen maar de crisisbijdrage. Het verlaagd tarief op de eerste 100.000 euro daalt dan “slechts” van 20,4 naar 20% …
Al dit goede nieuws wordt een beetje overschaduwd door de regeringsbeslissing om de toegang tot het tarief van 20% afhankelijk te maken van de uitkering van een minimale vergoeding aan de bedrijfsleider. Met andere woorden: een KMO betaalt slechts minder belastingen als de bedrijfsleider zich een bruto minimumloon van 45.000 euro uitkeert (of gelijk aan het resultaat van de belastbare periode als dat lager ligt dan 45.000 euro …). Die stijging van het minimumloon veroorzaakt nogal wat tandengeknars, vooral omdat er een extra bijdrage van 5% moet worden betaald (zelfs 10% vanaf 2021) als deze voorwaarde niet wordt gehaald! De regering beweert dat ze met deze maatregel vooral het “aanzuigeffect” wil tegengaan dat kan ontstaan door de daling van de vennootschapsbelasting. Want zelfstandigen zonder vennootschap zouden door de aantrekkelijke belastingvoet in de verleiding kunnen komen om massaal vennootschappen op te richten. De regel van het “minimumloon” is dus bedoeld om ze af te schrikken!
Is dit dus alles bij elkaar genomen goed of slecht nieuws? De meningen zijn verdeeld, maar het lagere belastingtarief voor KMO’s is zeker een stap voorwaarts. Dat blijkt ook uit de peiling van IZEO, dat de belangen van zelfstandigen en kmo-bedrijfsleiders in Brussel verdedigt: 87% van de respondenten meent dat de verlaging van de vennootschapsbelasting “een positief signaal voor de ontwikkeling van hun activiteiten” is. Maar 52% vindt ook dat de “minimumverloning” een rem betekent. Bij de Union des Classes Moyennes (UCM) zijn ze minder enthousiast over de fiscale hervorming. Toch geven ook allerlei simulaties van de UCM aan dat de hervorming je winst kan opleveren, als je de spelregels nauwgezet toepast! Een gewaarschuwde man of vrouw …
| Belastbaar inkomen | Verlaagd tarief (inclusief crisisbijdrage) |
2017 voor bedrijven met een belastbaar inkomen van minder dan 322.500 euro | 1 tot € 25.000 | 24,98% |
€ 25.000 tot € 90.000 | 31,93% | |
€ 90.000 tot € 322.500 | 35,54% | |
2018 voor KMO’s | Eerste € 100.000 | 20,4% |
2020 voor KMO’s | Eerste € 100.000 | 20% |
“Geen voordeel zonder nadeel!” - Chinees spreekwoord
Deze publicatie bevat algemene informatie en vormt geen persoonlijk advies. Deze informatie kan veranderen of onderworpen zijn aan specifieke regels of interpretaties, afhankelijk van de situatie. Beobank is niet verantwoordelijk voor de juistheid, de volledigheid en de bijgewerkte versie van de informatie uit de genoemde bronnen.