Heb ik recht op een overlevingspensioen?
Wie heeft recht op een overlevingspensioen als zijn partner sterft?
Voor de belastingvermindering die u krijgt als u aan pensioensparen doet, maakt het niet uit of u kiest voor een pensioenspaarfonds of voor een pensioenspaarverzekering. Stort u een bedrag tot 980 euro, dan heeft u in beide gevallen recht op een belastingvermindering van 30% van de gestorte som. Voor een storting tussen 980 euro en 1.260 euro zakt dat tot 25%. Een bedrag van 980 euro levert dus een belastingvermindering van 294 euro op. Wie 1.260 euro stort, moet 315 euro minder aan belastingen betalen.
De keuze zal bijgevolg van andere zaken afhangen. Het belangrijkste verschil tussen een pensioenfonds en een pensioenverzekering is wat er met uw storting wordt gedaan. In het eerste geval, bij pensioenfondsen, wordt die belegd in aandelen en obligaties, waardoor de evolutie van de waarde van uw investering volledig afhangt van de gang van zaken op de beurs. Zitten de financiële markten mee, dan kunt u een zeer mooie zaak doen. Zitten ze tegen, dan kunt u zelfs verlies lijden. Bij een pensioenverzekering heeft u meer zekerheid. U krijgt een gegarandeerde basisrente. Bovenop kunt u nog een winstdeelneming ontvangen als uw maatschappij erin slaagt om uw storting met winst te herbeleggen en haar financiële toestand dat toelaat. Die laatste oefening wordt elk jaar gemaakt. Of met andere woorden: u gaat er elk jaar minstens met de gewaarborgde rente op vooruit.
Het tweede belangrijke verschil zit in de belasting op het einde van uw pensioensparen. Als u voor uw 55ste verjaardag begint met pensioensparen, moet u een zogenaamde anticipatieve heffing betalen op uw zestigste verjaardag. Begint u later, dan wordt die heffing gepresenteerd op de tiende verjaardag van het contract.
Bij een pensioenspaarfonds wordt de heffing berekend op een fictieve opbrengst. Daarbij wordt ervan uitgegaan dat elke storting 4,75% per jaar heeft opgebracht, ook al is dit in realiteit niet het geval. Ligt het werkelijke rendement hoger, dan geniet u van een stuk belastingvrij. Ligt het lager, dan zal u de heffing ook betalen op een stuk opbrengst dat u nooit heeft gehad. Voor stortingen die dateren van voor 1992, bedraagt de berekende opbrengst zelfs 6,25%. Voor een pensioenspaarverzekering is dat anders. Daar wordt rekening gehouden met de gegarandeerde rente. De winstdeelnemingen worden niet meegeteld.
Een derde verschil zit in de overheidswaarborg. Op een pensioenspaarfonds geldt die niet. Op een pensioenspaarverzekering onder de vorm van een tak21-spaarverzekering wel. Daar zijn de tegoeden tot 100.000 euro gedekt door de overheid, mocht uw verzekeraar zijn verplichtingen niet meer kunnen nakomen.
Een laatste verschil zit in de kosten. Op een pensioenspaarfonds en pensioenspaarverzekering kunnen andere instapkosten gelden. Doorgaans zijn die voor een pensioenspaarverzekering hoger dan voor een pensioenspaarfonds.
Deze publicatie bevat algemene informatie en vormt geen persoonlijk advies. Deze informatie kan veranderen of onderworpen zijn aan specifieke regels of interpretaties, afhankelijk van de situatie. Beobank is niet verantwoordelijk voor de juistheid, de volledigheid en de bijgewerkte versie van de informatie uit de genoemde bronnen.